Wat vind ik van Nederland? Ik heb er te lang gewoond om er een onbevangen oordeel over te hebben. Na een afwezigheid van een jaar toch wat indrukken.

- Wat een rare muntjes en biljetten hebben ze hier. Vooral dat vijfje is bijzonder curieus. (Toch altijd nog beter dan de Amerikaanse dollar.)

- Je mag hier gewoon het gebruikte wc-papier in de toiletpot gooien. Erg verwarrend als er een afvalemmer naast staat.

- De Chinees zegt hier doei in plaats van buenos días.

- De mensen hier zijn gesloten, afstandelijk. Als ik in de trein of metro tegenover ze ga zitten groeten ze niet, kijken ze weg. Of ze zijn ronduit bot. Al drie keer zijn er op straat mensen tegen me aangelopen zonder zich daarna te verontschuldigen. Überhaupt, ze kijken niet eens.

- Ik ben er helemaal aan gewend geraakt om als voetganger of fietser weinig rechten te hebben, en kijk bij iedere straathoek schichtig om me heen. Dat hoeft hier niet. Als voetganger of fietser heb je geregeld voorrang.

- Fietsers in Amsterdam vinden dat niet genoeg en rijden massaal door rood, dringen zich op op een kruispunt. Op het onbeschofte af.

- De mensen hebben het hier goed. Ik merk het aan de overdaad aan dingen die je kunt kopen. Zeg eens eerlijk, heb jij een mobieltje met polyfone ringtones?

- Er wordt hier een raar taaltje gesproken. Het lijkt op het oorspronkelijke Nederlands, maar dan met Engelse woorden. Of beter gezegd een Nederlandse grammatica met Engelse woorden en die dan weer met een Nederlands accent uitgesproken.

- De maatschappij is geolied, georganiseerd. Er zijn veel borden, aanwijzingen, automaten en schermen die je vertellen wat je moet doen. Alles onder controle. In het gareel.

- Nederland is best mooi. Heel veel dingen zijn typisch Nederlands zul je nergens anders tegenkomen. Zittend in de trein, het landschap aan mijn ogen voorbijtrekkend, heb ik een paar keer de neiging om te stoppen om een foto te nemen.